In the Picture

Zij zijn groot en ik ben klein, en dat is niet eerlijk! Kleinere leveranciers en de voedselvoorzieningsketen.
september 2019Stel je voor…
Je bent aankoper bij een handelaar in landbouw- en voedingsproducten. De fruitpluk is begonnen en je onderhandelt momenteel de jaarlijkse contracten met de fruittelers. Je probeert daarbij een maximale betalingstermijn te bekomen. Je wil zodoende marge inbouwen voor de lange betalingstermijnen die je eigen afnemers, vaak grote retailers, van je eisen.
Je komt een betalingstermijn van 60 dagen overeen met de fruittelers; dezelfde als deze van de retailers tegenover jou.
Je informeert je juridische dienst en die zegt je onmiddellijk dat de betalingstermijn maximaal 30 dagen kan bedragen. Een betalingstermijn van 60 dagen zou niet langer kunnen volgens de nieuwe Europese regelgeving.
Je valt uit de lucht. Waarom zou je geen 60 dagen kunnen overeenkomen? De fruittelers gingen daarmee toch akkoord? Hoe moet het nu met de liquiditeit van je onderneming?
Even verduidelijken.
Op 30 april 2019 trad de Richtlijn (EU) 2019/633 inzake oneerlijke handelspraktijken in de relaties tussen ondernemingen in de landbouw- en voedselvoorzieningsketen in werking. De richtlijn wil landbouwers en middelgrote leveranciers en verwerkers van landbouw- en voedingsproducten beschermen. Ze is van toepassing op de volledige landbouw- en voedselvoorzieningsketen, waaronder de verkoop van vlees, vis, schaal- en schelpdieren, groenten, fruit, granen, melk- en zuivelproducten en eieren.
De richtlijn verbiedt bepaalde handelspraktijken die kunnen voortvloeien uit een onevenwicht in de onderhandelingspositie tussen kleine leveranciers en grote afnemers. Op die manier wenst de richtlijn te vermijden dat kleinere leveranciers voor hen nadelige praktijken aanvaarden om hun producten toch te kunnen blijven verkopen aan grotere afnemers.
De richtlijn verdeelt leveranciers en afnemers in zes categorieën op basis van hun jaarlijkse omzet. De bescherming geldt voor een leverancier in een lagere omzetcategorie dan zijn afnemer. Bijvoorbeeld wordt een leverancier met een jaarlijkse omzet tussen 2 en 10 miljoen euro beschermd tegen afnemers met een jaarlijkse omzet van meer dan 10 miljoen euro. Indien deze laatste op zijn beurt een jaarlijkse omzet heeft van minder dan 50 miljoen euro, en de producten doorverkoopt aan een afnemer met een omzet van meer dan 50 miljoen euro, is ook hij beschermd. De bescherming geldt voor leveranciers met een omzet tot 350 miljoen euro.
De richtlijn biedt bescherming tegen 16 handelspraktijken die als oneerlijk beschouwd worden en op een zwarte of grijze lijst worden geplaatst.
Handelspraktijken op de zwarte lijst zijn steeds verboden, zonder mogelijkheid tot contractuele afwijking. Daarbij geldt een verbod op commerciële vergeldingsmaatregelen. Zodoende kunnen de beschermde leveranciers de door de richtlijn toegekende rechten effectief afdwingen. Een voorbeeld van een praktijk op de zwarte lijst is het overeenkomen van een betalingstermijn van langer dan 30 dagen voor bederfelijke landbouw- en voedingsproducten. De aankoper uit het voorbeeld zal dus mogelijk zijn betalingstermijn van 60 dagen moeten laten varen. Ook het laattijdig annuleren van een bestelling van bederfelijke landbouw- en voedingsproducten en bepaalde eenzijdige contractwijzigingen door de afnemer, zoals het wijzigen van de leveringsmethode of -plaats, staan op de zwarte lijst.
Handelspraktijken op de grijze lijst zijn niet absoluut verboden, maar enkel toegelaten indien ze op duidelijke en ondubbelzinnige wijze zijn overeengekomen in de leveringsovereenkomst of in een daaropvolgende overeenkomst tussen de leverancier en de afnemer. Voorbeelden van handelspraktijken op de grijze lijst zijn het retourneren van onverkochte landbouw- en voedingsproducten aan de leverancier zonder betaling, alsook dat de kleinere leverancier een promotie-, reclame- of marketingcampagne van zijn afnemer betaalt.
De handhaving gebeurt door één of meerdere nationale handhavingsautoriteiten, die de bevoegdheid zullen hebben om inbreuken vast te stellen, te doen beëindigen en om geldboeten of andere sancties op te leggen.
De richtlijn moet ten laatste op 1 mei 2021 omgezet worden in nationale regelgeving, die uiterlijk op 1 november 2021 van toepassing moet worden. Het is de lidstaten toegelaten om meer verregaande beschermingsmaatregelen te voorzien.
Concreet:
- Een nieuwe richtlijn biedt bescherming aan kleinere leveranciers in de voedselvoorzieningsketen.
- De bescherming geldt tegen 16 specifieke handelspraktijken op een zwarte en grijze lijst. Handelspraktijken op de zwarte lijst zijn steeds verboden. Praktijken op de grijze lijst zijn enkel toegelaten mits zij op duidelijke en ondubbelzinnige wijze worden overeengekomen tussen afnemer en leverancier.
- Inbreuken kunnen aanleiding geven tot geldboeten of andere even doeltreffende sancties.
- De richtlijn laat de lidstaten toe meer verregaande beschermingsmaatregelen te bieden aan economisch zwakkere leveranciers.
Meer weten:
- De lijst van producten die behoren tot de landbouw- en voedselvoorzieningsketen is te vinden in bijlage 1 bij het Werkingsverdrag van de Europese Unie: https://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/PDF/?uri=CELEX:12012E/TXT&from=NL
- De tekst van de richtlijn is hier te vinden: https://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/PDF/?uri=CELEX:32019L0633&from=EN.
- Een handige informatiebrochure (in het Engels) van de Europese Commissie over de richtlijn vind je hier: https://ec.europa.eu/info/sites/info/files/food-farming-fisheries/key_policies/documents/brochure-utp-directive_en.pdf.
